Dit zijn de handigste Windows sneltoetsen
Windows 10 en Windows 11 verschillen niet enorm veel van elkaar. De meeste sneltoetsen van Windows 10 zijn daarom ook te gebruiken in Windows 11. Voor een handig overzicht hebben we beide sneltoetscombinaties voor u geformuleerd. Geniet van tijdsbesparing.
Sneltoetsen Windows 10
Sneltoetsen Windows 11
Sneltoetsen Windows 10
Algemene sneltoetsen
Sneltoets |
Actie |
---|---|
Ctrl + X |
Knip het geselecteerde item. |
Ctrl + C (of Ctrl + Insert) |
Kopieer het geselecteerde item. |
Ctrl + V (of Shift + Insert) |
Plak het geselecteerde item. |
Ctrl + Z |
Een actie ongedaan maken. |
Alt + Tab |
Schakelen tussen geopende apps. |
Alt + F4 |
Sluit het actieve item of sluit de actieve app af. |
Windows-logotoets + L |
Uw pc vergrendelen. |
Windows-logotoets + D |
Het bureaublad weergeven en verbergen. |
F2 |
De naam van het geselecteerde item wijzigen. |
F3 |
Een bestand of map zoeken in de Verkenner. |
F4 |
De lijst van de adresbalk weergegeven in de Verkenner. |
F5 |
Het actieve venster vernieuwen. |
F6 |
Door schermelementen bladeren in een venster of op het bureaublad. |
F10 |
De menubalk activeren in de actieve app. |
Alt + F8 |
Uw wachtwoord weergeven op het aanmeldingsscherm. |
Alt + Esc |
Bladeren door items in de volgorde waarin deze zijn geopend. |
Alt + onderstreepte letter |
De opdracht voor deze letter uitvoeren. |
Alt + Enter |
De eigenschappen van het geselecteerde item weergeven. |
Alt + spatiebalk |
Het snelmenu voor het actieve venster openen. |
Alt + pijl-links |
Ga terug. |
Alt + pijl-rechts |
Vooruit. |
Alt + Page Up |
Eén scherm naar boven gaan. |
Alt + Page Down |
Eén scherm naar beneden gaan. |
Ctrl + F4 |
Het actieve document sluiten (in apps in volledig scherm en waarin u meerdere documenten tegelijk geopend kunt hebben). |
Ctrl + A |
Alle items in een document of venster selecteren. |
Ctrl + D (of Delete) |
Het geselecteerde item verwijderen en verplaatsen naar de Prullenbak. |
Ctrl + R (of F5) |
Het actieve venster vernieuwen. |
Ctrl + Y |
Een actie opnieuw uitvoeren. |
Ctrl + Pijl-rechts |
De cursor naar het begin van het volgende woord verplaatsen. |
Ctrl + Pijl-links |
De cursor naar het begin van het vorige woord verplaatsen. |
Ctrl + Pijl-omlaag |
De cursor naar het begin van de volgende alinea verplaatsen. |
Ctrl + Pijl-omhoog |
De cursor naar het begin van de vorige alinea verplaatsen. |
Ctrl + Alt + Tab |
Schakelen tussen alle geopende apps met de pijltoetsen. |
Alt + Shift + pijltoetsen |
Wanneer een groep of tegel in het Startmenu is gemarkeerd, deze in de richting van de pijl verplaatsen. |
Ctrl + Shift + pijltoetsen |
Wanneer een tegel is gemarkeerd in het Startmenu, verplaatst u deze naar een andere tegel om een map te maken. |
Ctrl + pijltoetsen |
Formaat van het Startmenu wijzigen wanneer het is geopend. |
Ctrl + pijltoets (om naar een item te gaan) + spatiebalk |
Meerdere afzonderlijke items in een venster of op het bureaublad selecteren. |
Ctrl + Shift met een pijltoets |
Een tekstblok selecteren. |
Ctrl + Esc |
Startscherm openen. |
Ctrl + Shift + Esc |
Taakbeheer openen. |
Ctrl + Shift |
De toetsenbordindeling wijzigen wanneer er meerdere toetsenbordindelingen beschikbaar zijn. |
Ctrl + spatiebalk |
De Chinese IME (Input Method Editor) in- of uitschakelen. |
Shift + F10 |
Het snelmenu voor het geselecteerde item weergeven. |
Shift met een pijltoets |
Meerdere items in een venster of op het bureaublad selecteren of tekst in een document selecteren. |
Shift + Delete |
Het geselecteerde item verwijderen zonder het naar de Prullenbak te verplaatsen. |
Pijl-rechts |
Het volgende menu aan de rechterzijde openen of een submenu openen. |
Pijl-links |
Het volgende menu aan de linkerzijde openen of een submenu sluiten. |
Esc |
De huidige taak stoppen of afsluiten. |
PrtScn |
Hiermee maakt u een schermopname van het hele scherm en kopieert u dit naar het Klembord. |
Windows sneltoetsen
Sneltoets |
Actie |
---|---|
Windows-logotoets |
Startscherm openen of sluiten. |
Windows-logotoets + A |
Actiecentrum openen. |
Windows-logotoets + B |
De focus instellen op het systeemvak. |
Windows-logotoets + C |
Cortana openen in luistermodus.
|
Windows-logotoets + Shift + C |
Het menu Charms openen. |
Windows-logotoets + D |
Het bureaublad weergeven en verbergen. |
Windows-logotoets + Alt + D |
De datum en tijd op het bureaublad weergeven en verbergen. |
Windows-logotoets + E |
Open de Verkenner. |
Windows-logotoets + F |
Feedback-hub openen en een schermafbeelding maken. |
Windows-logotoets + G |
Gamebalk openen wanneer een game is geopend. |
Windows-logotoets + H |
Dicteerfunctie starten. |
Windows-logotoets + I |
Instellingen openen. |
Windows-logotoets + J |
Focus instellen op een Windows-tip wanneer deze beschikbaar is. |
Windows-logotoets + K |
De snelle actie Verbinden openen. |
Windows-logotoets + L |
Uw pc vergrendelen of tussen accounts schakelen. |
Windows-logotoets + M |
Alle vensters minimaliseren. |
Windows-logotoets + O |
Apparaatoriëntatie vergrendelen. |
Windows-logotoets + P |
Een weergavemodus voor een presentatie kiezen. |
Windows-logotoets + Ctrl + Q |
Quick Assist openen. |
Windows-logotoets + R |
Het dialoogvenster Uitvoeren openen. |
Windows-logotoets + S |
Zoeken openen. |
Windows-logotoets + Shift + S |
Een schermopname van een deel van het scherm maken. |
Windows-logotoets + T |
Bladeren door de apps op de taakbalk. |
Windows-logotoets + U |
Toegankelijkheidscentrum openen. |
Windows-logotoets + V |
Het klembord openen. Opmerking
|
Windows-logotoets + Shift + V |
Bladeren door meldingen. |
Windows-logotoets + X |
Het menu Snelkoppeling openen. |
Windows-logotoets + Y |
Invoer tussen Windows Mixed Reality en uw bureaublad wijzigen. |
Windows-logotoets + Z |
De opdrachten die beschikbaar zijn in een app, in de modus volledig scherm weergeven. |
Windows-logotoets + punt (.) of puntkomma (;) |
Emojivenster openen. |
Windows-logotoets + komma (,) |
Een kort voorbeeld van het bureaublad weergeven. |
Windows-logotoets + Pause |
Het dialoogvenster Systeemeigenschappen weergeven. |
Windows-logotoets + Ctrl + F |
Pc's zoeken (als u bent verbonden met een netwerk). |
Windows-logotoets + Shift + M |
Het vorige formaat van geminimaliseerde vensters op het bureaublad herstellen. |
Windows-logotoets + cijfer |
Het bureaublad openen en de app starten die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. Als de app al wordt uitgevoerd, schakelt u over naar deze app. |
Windows-logotoets + Shift + cijfer |
Het bureaublad openen en een nieuw exemplaar van de app starten die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Ctrl + cijfer |
Het bureaublad openen en overschakelen naar het laatste actieve venster van de app die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Alt + cijfer |
Het bureaublad openen en de Jumplist openen van de app die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Ctrl + Shift + cijfer |
Het bureaublad openen als administrator en een nieuw exemplaar openen van de app die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Tab |
Taakweergave openen. |
Windows-logotoets + pijl-omhoog |
Het venster maximaliseren. |
Windows-logotoets + pijl-omlaag |
Huidige app van het scherm verwijderen of het bureaubladvenster minimaliseren. |
Windows-logotoets + pijl-links |
De app of het bureaubladvenster maximaliseren aan de linkerkant van het scherm. |
Windows-logotoets + pijl-rechts |
De app of het bureaubladvenster maximaliseren aan de rechterkant van het scherm. |
Windows-logotoets + Home |
Alle vensters minimaliseren behalve het bureaubladvenster (als de toetscombinatie nogmaals wordt ingedrukt, worden alle vensters hersteld). |
Windows-logotoets + Shift + pijl-omhoog |
Het bureaubladvenster uitrekken tot de boven- en onderkant van het scherm. |
Windows-logotoets + Shift + pijl-omlaag |
Actieve bureaubladvensters verticaal herstellen/minimaliseren, terwijl de breedte gelijk blijft. |
Windows-logotoets + Shift + pijl-links of pijl-rechts |
Een app of het venster op het bureaublad van het ene naar het andere beeldscherm verplaatsen. |
Windows-logotoets + spatiebalk |
De invoertaal en toetsenbordindeling wijzigen. |
Windows-logotoets + Ctrl + spatiebalk |
Naar eerder geselecteerde invoer schakelen. |
Windows-logotoets + Ctrl + Enter |
Verteller inschakelen. |
Windows-logotoets + plusteken (+) |
Vergrootglas openen. |
Windows-logotoets + schuine streep (/) |
IME-reconversie starten. |
Windows-logotoets + Ctrl + V |
Schoudertikken openen. |
Windows-logotoets + Ctrl + Shift + B |
De pc activeren vanuit een zwart of leeg scherm. |
Verkenner / browser sneltoetsen
Sneltoets |
Actie |
---|---|
Alt + D |
De adresbalk selecteren. |
Ctrl + E |
Het zoekvak selecteren. |
Ctrl + F |
Het zoekvak selecteren. |
Ctrl + N |
Een nieuw venster openen. |
Ctrl + W |
Het actieve venster sluiten. |
Ctrl + muiswiel |
De grootte en weergave van bestands- en mappictogrammen wijzigen. |
Ctrl + Shift + E |
Alle mappen boven de geselecteerde map weergeven. |
Ctrl + Shift + N |
Nieuwe map maken. |
Num Lock + sterretje (*) |
Alle submappen onder de geselecteerde map weergeven. |
Num Lock + plusteken (+) |
De inhoud van de geselecteerde map weergeven. |
Num Lock + minteken (-) |
De geselecteerde map samenvouwen. |
Alt + P |
Het voorbeeldvenster weergeven. |
Alt + Enter |
Het dialoogvenster Eigenschappen voor het geselecteerde item openen. |
Alt + pijl-rechts |
De volgende map weergeven. |
Alt + pijl-omhoog |
De map bekijken waarin de map zich bevond. |
Alt + pijl-links |
De vorige map weergeven. |
Backspace |
De vorige map weergeven. |
Pijl-rechts |
De huidige selectie weergeven (als deze is samengevouwen) of de eerste submap selecteren. |
Pijl-links |
De huidige selectie samenvouwen (als deze is uitgevouwen) of de map selecteren waarin de map zich bevond. |
End |
De onderkant van het actieve venster weergeven. |
Startpagina |
De bovenkant van het actieve venster weergeven. |
F11 |
Het actieve venster maximaliseren of minimaliseren. |
Sneltoetsen Windows 11
Windows 11 sneltoetsen lijken veel op sneltoetsen voor Windows 10, met enkele kleine verschillen. Om zeker te weten dat de juiste sneltoetsen in Windows 11 werken hebben we onderstaand overzicht voor u beschikbaar gemaakt. Werk voortaan nóg efficiënter in Windows 11 met handige sneltoetsen.
Algemene sneltoetsen
Sneltoets |
Actie |
Ctrl + X |
Knip het geselecteerde item. |
Ctrl + C (of Ctrl + Insert) |
Kopieer het geselecteerde item. |
Ctrl + V (of Shift + Insert) |
Plak het geselecteerde item. |
Ctrl + Z |
Een actie ongedaan maken. |
Alt + Tab |
Schakelen tussen geopende apps. |
Alt + F4 |
Sluit het actieve item of sluit de actieve app af. |
Windows-logotoets + L |
Uw pc vergrendelen. |
Windows-logotoets + D |
Het bureaublad weergeven en verbergen. |
F2 |
De naam van het geselecteerde item wijzigen. |
F3 |
Een bestand of map zoeken in de Verkenner. |
F4 |
De lijst van de adresbalk weergegeven in de Verkenner. |
F5 |
Het actieve venster vernieuwen. |
F6 |
Door schermelementen bladeren in een venster of op het bureaublad. |
F10 |
De menubalk activeren in de actieve app. |
Alt + F8 |
Uw wachtwoord weergeven op het aanmeldingsscherm. |
Alt + Esc |
Bladeren door items in de volgorde waarin deze zijn geopend. |
Alt + onderstreepte letter |
De opdracht voor deze letter uitvoeren. |
Alt + Enter |
De eigenschappen van het geselecteerde item weergeven. |
Alt + spatiebalk |
Het snelmenu voor het actieve venster openen. |
Alt + pijl-links |
Ga terug. |
Alt + pijl-rechts |
Vooruit. |
Alt + Page Up |
Eén scherm naar boven gaan. |
Alt + Page Down |
Eén scherm naar beneden gaan. |
Ctrl + F4 |
Het actieve document sluiten (in apps in volledig scherm en waarin u meerdere documenten tegelijk geopend kunt hebben). |
Ctrl + A |
Alle items in een document of venster selecteren. |
Ctrl + D (of Delete) |
Het geselecteerde item verwijderen en verplaatsen naar de Prullenbak. |
Ctrl + E |
Zoeken openen (in de meeste apps). |
Ctrl + R (of F5) |
Het actieve venster vernieuwen. |
Ctrl + Y |
Een actie opnieuw uitvoeren. |
Ctrl + Pijl-rechts |
De cursor naar het begin van het volgende woord verplaatsen. |
Ctrl + Pijl-links |
De cursor naar het begin van het vorige woord verplaatsen. |
Ctrl + Pijl-omlaag |
De cursor naar het begin van de volgende alinea verplaatsen. |
Ctrl + Pijl-omhoog |
De cursor naar het begin van de vorige alinea verplaatsen. |
Ctrl + Alt + Tab |
Schakelen tussen alle geopende apps met de pijltoetsen. |
Alt + Shift + pijltoetsen |
Wanneer een groep of tegel in het Startmenu is gemarkeerd, deze in de richting van de pijl verplaatsen. |
Ctrl + Shift + pijltoetsen |
Wanneer een tegel is gemarkeerd in het Startmenu, verplaatst u deze naar een andere tegel om een map te maken. |
Ctrl + pijltoetsen |
Formaat van het Startmenu wijzigen wanneer het is geopend. |
Ctrl + pijltoets (om naar een item te gaan) + spatiebalk |
Meerdere afzonderlijke items in een venster of op het bureaublad selecteren. |
Ctrl + Shift met een pijltoets |
Een tekstblok selecteren. |
Ctrl + Esc |
Startscherm openen. |
Ctrl + Shift + Esc |
Taakbeheer openen. |
Ctrl + Shift |
De toetsenbordindeling wijzigen wanneer er meerdere toetsenbordindelingen beschikbaar zijn. |
Ctrl + spatiebalk |
De Chinese IME (Input Method Editor) in- of uitschakelen. |
Shift + F10 |
Het snelmenu voor het geselecteerde item weergeven. |
Shift met een pijltoets |
Meerdere items in een venster of op het bureaublad selecteren of tekst in een document selecteren. |
Shift + Delete |
Het geselecteerde item verwijderen zonder het naar de Prullenbak te verplaatsen. |
Pijl-rechts |
Het volgende menu aan de rechterzijde openen of een submenu openen. |
Pijl-links |
Het volgende menu aan de linkerzijde openen of een submenu sluiten. |
Esc |
De huidige taak stoppen of afsluiten. |
PrtScn |
Hiermee maakt u een schermopname van het hele scherm en kopieert u dit naar het Klembord. |
Windows sneltoetsen
Sneltoets |
Actie |
Windows-logotoets |
Startscherm openen of sluiten. |
Windows-logotoets +A |
Snelle instellingen openen Bijgewerkt in Windows 11. |
Windows-logotoets + B |
Stel de focus in op het eerste pictogram in de taakbalkhoek. |
Windows-logotoets + C |
Chat openen vanuit Microsoft Teams. Bijgewerkt in Windows 11. |
Windows-logotoets + Shift + C |
Het menu Charms openen. |
Windows-logotoets + Ctrl + C |
Kleurfilters inschakelen (schakel deze snelkoppeling eerst in in instellingen voor kleurenfilter). |
Windows-logotoets + D |
Het bureaublad weergeven en verbergen. |
Windows-logotoets + E |
Open de Verkenner. |
Windows-logotoets + F |
Feedback-hub openen en een schermafbeelding maken. |
Windows-logotoets + G |
Xbox Game Bar openen wanneer een game is geopend. |
Windows-logotoets +Alt+B |
HDR in- of uitschakelen. Opmerking: Is van toepassing op de Xbox Game Bar-app versie 5.721.7292.0 of hoger. Als u uw Xbox Game Bar wilt bijwerken, gaat u naar de Microsoft Store-app en controleert u op updates. |
Windows-logotoets + H |
Beginnen met spraakgestuurd typen. Bijgewerkt in Windows 11. |
Windows-logotoets + I |
Instellingen openen. |
Windows-logotoets + J |
Focus instellen op een Windows-tip wanneer deze beschikbaar is. |
Windows-logotoets + K |
Cast openen vanuit snelle instellingen. Bijgewerkt in Windows 11. |
Windows-logotoets + L |
Uw pc vergrendelen of tussen accounts schakelen. |
Windows-logotoets + M |
Alle vensters minimaliseren. |
Windows-logotoets + Shift + M |
Het vorige formaat van geminimaliseerde vensters op het bureaublad herstellen. |
Windows-logotoets + N |
Meldingscentrum en agenda openen. Bijgewerkt in Windows 11. |
Windows-logotoets + O |
Apparaatoriëntatie vergrendelen. |
Windows-logotoets + P |
Een weergavemodus voor een presentatie kiezen. |
Windows-logotoets + Ctrl + Q |
Quick Assist openen. |
Windows-logotoets + R |
Het dialoogvenster Uitvoeren openen. |
Windows-logotoets +Alt+R |
Video opnemen van het gamevenster in focus (met behulp van Xbox Game Bar). |
Windows-logotoets + S |
Zoeken openen. |
Windows-logotoets + Shift + S |
Een schermopname maken van een deel van het scherm. |
Windows-logotoets + T |
Bladeren door de apps op de taakbalk. |
Windows-logotoets + U |
Toegankelijkheidsinstellingen openen |
Windows-logotoets + V |
De klembordgeschiedenis openen. Opmerking
|
Windows-logotoets + Shift + V |
Focus op een melding instellen. |
Windows-logotoets + W |
Open Widgets. Bijgewerkt in Windows 11. |
Windows-logotoets + X |
Het menu Snelkoppeling openen. |
Windows-logotoets + Y |
Invoer tussen Windows Mixed Reality en uw bureaublad wijzigen. |
Windows-logotoets + Z |
De uitlijnindelingen openen. Bijgewerkt in Windows 11. |
Windows-logotoets + punt (.) of puntkomma (;) |
Emojivenster openen. |
Windows-logotoets + komma (,) |
Een kort voorbeeld van het bureaublad weergeven. |
Windows-logotoets + Pause |
Opent Instellingen > Systeem > Info. |
Windows-logotoets + Ctrl + F |
Pc's zoeken (als u bent verbonden met een netwerk). |
Windows-logotoets +cijfer |
Het bureaublad openen en de app starten die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. Als de app al wordt uitgevoerd, schakelt u over naar deze app. |
Windows-logotoets + Shift + cijfer |
Het bureaublad openen en een nieuw exemplaar van de app starten die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Ctrl + cijfer |
Het bureaublad openen en overschakelen naar het laatste actieve venster van de app die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Alt + cijfer |
Het bureaublad openen en de Jumplist openen van de app die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Ctrl + Shift + cijfer |
Het bureaublad openen als administrator en een nieuw exemplaar openen van de app die is vastgemaakt aan de taakbalk op de door het cijfer aangegeven positie. |
Windows-logotoets + Tab |
Taakweergave openen. |
Windows-logotoets + pijl-omhoog |
Het venster maximaliseren. |
Windows-logotoets + Alt + pijl-omhoog |
Het venster met focus uitlijnen op de bovenste helft van het scherm. Nieuw met Windows 11. |
Windows-logotoets + pijl-omlaag |
Huidige app van het scherm verwijderen of het bureaubladvenster minimaliseren. |
Windows-logotoets + Alt + pijl-omlaag |
Het venster met focus uitlijnen op de onderste helft van het scherm. Nieuw met Windows 11. |
Windows-logotoets + pijl-links |
De app of het bureaubladvenster maximaliseren aan de linkerkant van het scherm. |
Windows-logotoets + pijl-rechts |
De app of het bureaubladvenster maximaliseren aan de rechterkant van het scherm. |
Windows-logotoets + Home |
Alle vensters minimaliseren behalve het bureaubladvenster (als de toetscombinatie nogmaals wordt ingedrukt, worden alle vensters hersteld). |
Windows-logotoets + Shift + pijl-omhoog |
Het bureaubladvenster uitrekken tot de boven- en onderkant van het scherm. |
Windows-logotoets + Shift + pijl-omlaag |
Actieve bureaubladvensters verticaal herstellen/minimaliseren, terwijl de breedte gelijk blijft. |
Windows-logotoets + Shift + pijl-links of pijl-rechts |
Een app of het venster op het bureaublad van het ene naar het andere beeldscherm verplaatsen. |
Windows-logotoets + Shift + spatiebalk |
Achteruit bladeren door de taal- en toetsenbordindeling. |
Windows-logotoets + spatiebalk |
De invoertaal en toetsenbordindeling wijzigen. |
Windows-logotoets + Ctrl + spatiebalk |
Naar eerder geselecteerde invoer schakelen. |
Windows-logotoets + Ctrl + Enter |
Verteller inschakelen. |
Windows-logotoets + plusteken (+) |
Vergrootglas openen en inzoomen. |
Windows-logotoets + minteken (-) |
Uitzoomen met vergrootglas. |
Windows-logotoets + Esc |
Vergrootglas afsluiten. |
Windows-logotoets + schuine streep (/) |
IME-reconversie starten. |
Windows-logotoets + Ctrl + Shift + B |
De pc activeren vanuit een zwart of leeg scherm. |
Windows-logotoets + PrtScn |
Schermopname van volledig scherm opslaan in bestand. |
Windows-logotoets + Alt + PrtScn |
Schermafbeelding van het gamevenster in focus opslaan in bestand (met Xbox Game Bar). |
Verkenner / browser sneltoetsen
Sneltoets |
Actie |
Alt + D |
De adresbalk selecteren. |
Ctrl + E |
Het zoekvak selecteren. |
Ctrl + F |
Het zoekvak selecteren. |
Ctrl + N |
Een nieuw venster openen. |
Ctrl + W |
Het actieve venster sluiten. |
Ctrl + muiswiel |
De grootte en weergave van bestands- en mappictogrammen wijzigen. |
Ctrl + Shift + E |
Alle mappen boven de geselecteerde map weergeven. |
Ctrl + Shift + N |
Nieuwe map maken. |
Num Lock + sterretje (*) |
Alle submappen onder de geselecteerde map weergeven. |
Num Lock + plusteken (+) |
De inhoud van de geselecteerde map weergeven. |
Num Lock + minteken (-) |
De geselecteerde map samenvouwen. |
Alt + P |
Het voorbeeldvenster weergeven. |
Alt + Enter |
Het dialoogvenster Eigenschappen voor het geselecteerde item openen. |
Alt + pijl-rechts |
De volgende map weergeven. |
Alt + pijl-omhoog |
De map bekijken waarin de map zich bevond. |
Alt + pijl-links |
De vorige map weergeven. |
Backspace |
De vorige map weergeven. |
Pijl-rechts |
De huidige selectie weergeven (als deze is samengevouwen) of de eerste submap selecteren. |
Pijl-links |
De huidige selectie samenvouwen (als deze is uitgevouwen) of de map selecteren waarin de map zich bevond. |
End |
De onderkant van het actieve venster weergeven. |
Startpagina |
De bovenkant van het actieve venster weergeven. |
F11 |
Het actieve venster maximaliseren of minimaliseren. |